zondag 22 november 2015


Leeuw en temmer

Simon van Collem was filmjournalist/-recensent in de tweede helft van de vorige eeuw. Hij werkte voor de Volkskrant en de VPRO (de Oude Draaidoos). Bij de AVRO maakte hij Avroskoop, en na zijn overstap naar de TROS veranderde hij de titel van zijn programma in Simonskoop. Mij werd – als televisievormgever – gevraagd voor die rubriek een passende programmaleader te ontwerpen. Omdat van Collem voornamelijk aandacht besteedde aan grote Hollywoodfilms, stelde ik voor om bekende logo’s van filmmaatschappijen te persifleren. Simon zou daarin de hoofdrol moeten spelen. En zo geschiedde. In de Columbia-variant stak hij (gekleed in witte tunica met blauwe omslagdoek) een brandende zaklantaarn in de lucht. Als Tiroler bergbeklimmer probeerde hij de top van de Paramount te bereiken. En over de programmatitel-in-20th-Century-Fox-stijl liet hij een volgspot heen en weer bewegen. Voor de MGM-versie wilde ik hem, met zijn hoofd door een ronde opening gestoken, als een leeuw laten brullen. Hierop zou in de voorgrond een imposant ogende leeuw voorbij moeten lopen, waar van Collem op zijn beurt overdonderd op zou reageren. De opnames met de presentator waren succesvol afgerond. Een geschikte tegenspeler werd ons aangereikt door Toni Boltini. De leeuw hoefde slechts van links naar rechts door het beeld te lopen, om vervolgens in een extra trucagelaag over de achtergrond geplaatst te worden. Hiertoe werd een gedeelte van de studiovloer chromakey blauw geschilderd. Gelukkig vergat men niet een hoog hekwerk eromheen te plaatsen. Op het afgesproken moment waren leeuw en temmer op de set aanwezig en kon er ‘Aktie!’ worden geroepen. Het beest deed enkele stappen in de goede richting, om vervolgens bij het blauwe vlak halt te houden. Wat de dompteur ook riep en hoe hij ook gebaarde, de leeuw was niet van zins nog een stap te zetten. Zelfs het lokken met een fors stuk vlees had niet het gewenste resultaat. Na veel gediscussieer werd de oorzaak van de weigering gevonden in het feit dat een leeuw geen kleuren kan zien. Een egaal blauw grondvlak zou door hem als ‘niets’, als een afgrond worden ervaren. Het falen was het dier dus niet aan te rekenen. Met pijn in het hart werd de handschoen in de ring gegooid. De dompteur wilde het er echter niet bij laten zitten. Dit was een erekwestie. Na enige dagen bedenktijd meende hij een herkansing aan te durven. Opnieuw werd een deel van de studiovloer in de blauwe verf gezet en met het hekwerk omheind. Deze keer had de dompteur geen halve maatregelen getroffen. Niet alleen had hij voor de klus een andere – zo mogelijk nóg imposantere - leeuw uitgekozen, voor de zekerheid was er ook een zestal leeuwinnen meegereisd. Die werden in een circuswagen in de aangrenzende transithal als troef achter de hand gehouden. Na mijn ‘Aktie!’ deed de dompteur opnieuw verwoede pogingen de leeuw aan de wandel te krijgen. Zonder resultaat. Hoogste tijd voor plan B. Hij gaf zijn assistent opdracht de wachtende leeuwinnen in te zetten. Hoe de jongen het voor elkaar heeft gekregen is mij niet bekend, maar plotseling begonnen de dames ter rechterzijde luidruchtig te brullen. Kennelijk had de leeuw er wel oren naar, want onmiddellijk liep hij op het geluid af. Ineens vormde de blauwe vloer klaarblijkelijk geen beletsel meer. Leeuwtje braaf, stukje vlees. Temmer blij, ik blij.                        
Good old Simon overleed in 1989 op 70-jarige leeftijd aan een hartstilstand. Het gebeurde tijdens de galapremière van License to Kill in het Amsterdamse Tuschinski theater. Hieraan moet ik denken als ik deze bioscoop na een twaalf uur durende IDFA-marathon verlaat.
(c) Frans Lasès

 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten